Ontmoeting
Ik ga nog steeds één keer in de maand Mijmeren op papier, ik schreef erover in mijn blog “Mateloos mijmeren” . Een paar dagen geleden was het weer zover. Met een leeg schrift voor me en mijn vulpen in de aanslag, wachtte ik op het thema en de daaraan gekoppelde opdracht waar we over gingen schrijven.
Nieuwsgierig vroeg ik me af of het iets met de herfst te maken zou hebben, dat leek me aardig actueel, zeker gezien de gure najaarsbuien van die ochtend. Maar nee, er was iets nog veel actueler, iets waar ik even niet zo gauw aan had gedacht. Het was de Week van de Ontmoeting, al was het dan de laatste dag vandaag. Ik had gezien, dat ze het op de site van Maassluis als volgt hadden aangekondigd:
“Op 1 oktober start de Week van de Ontmoeting. Tijdens deze week zijn er diverse activiteiten en voorstellingen in Maassluis, waar mensen van alle leeftijden elkaar kunnen ontmoeten. Tijdens deze week staan verbinding en elkaar ontmoeten centraal. De Week van de Ontmoeting is onderdeel van de landelijke campagne ‘Week tegen Eenzaamheid’, waarbij gemeenten en organisaties extra aandacht vragen voor mensen die zich eenzaam voelen.“
Hoe kon het ook anders, ons schrijfthema was dus: “Ontmoeting”. Rond dit onderwerp kregen we onze schrijfopdrachtjes. Eerst een paar minuten schrijven en daarna ‘ons werk’ aan elkaar voorlezen. Steeds opnieuw fascineert het me hoe ieder een eigen kijk heeft op hetzelfde onderwerp en een eigen stijl heeft om het te verwoorden. Soms inspireert het me, raakt het of zet het me aan tot nadenken, maar ik vind het vooral leuk. Zo’n ochtend vliegt voorbij, ook nu weer.
Als onze bijeenkomst is afgelopen, werp ik vluchtig een blik op mijn telefoon. Terwijl ik het geluid weer inschakel, zie ik dat iemand mij een paar keer heeft gebeld. Eerst maar eens naar huis, dan kijk ik daar wel of ik kan achterhalen van wie het nummer is en anders bel ik het zelf even terug. Zover komt het niet eens. Ik ben amper thuis of mijn telefoon gaat. Ineens ben ik op mijn hoede, het zal toch niet weer zo’n energieleverancier zijn?
Allesbehalve… Een mevrouw met een heldere stem begroet mij vriendelijk en noemt haar naam. Misschien weet u niet meer wie ik ben, want eigenlijk kennen wij elkaar niet eens. Maar misschien kunt u het zich nog herinneren… wij hebben elkaar ooit een keer ontmoet in het park. U bent die mevrouw met die mooie rollator. Vreemd genoeg gaat er bij mij onmiddellijk een lampje branden. Oooh.. ik denk dat ik het inderdaad wel weet, onderbreek ik haar, U reed op een scootmobiel en het was ergens in het voorjaar geloof ik. Jaaa precies! reageert de mevrouw enthousiast en verbetert: Maar het was vorig jaar hoor! Vorig jaar alweer? flitst het door mijn hoofd. Zo voelt het niet. Wat vliegt de tijd!
Ja, ik herinner me onze ontmoeting. Ik wandelde door het park naar huis en zag in de verte een mevrouw op een scootmobiel aankomen rijden. Bij het passeren groetten we elkaar en bleef zij staan. Wat heeft u een mooie rollator zeg! Ik wil er eigenlijk ook eentje aanschaffen, want een scootmobiel is niet zo handig met boodschappen doen. Zo eentje als die van u, heb ik nog nooit eerder gezien.
Ik ben er best blij mee, zei ik, het is een reuze handig ding én functioneel, kijk… Ik gaf een demonstratie van wat er allemaal met de duwbeugel kan, hoe de boodschappentas werkt, hoe kort de draaicirkel is, dat je niet kan struikelen over wielen die ver uitsteken en dat je even kunt zitten als je moe bent. Wilt u anders even proberen?
Nou graag! De mevrouw parkeerde haar scootmobiel aan de kant van het pad en nam mijn rollator over. Ze schuifelde, ze draaide rondjes, ze zat erop, ze straalde… Hoe blij kon iemand zijn. Oh… wat mooi, wat een fijn ding! We bleven nog even wat praten, zij vertelde dat ze ergens in de tachtig jaar is, nog niet zo lang weduwe en nu alleen vlak bij het park woont. U ook? Nee ik niet. Ik had de naam van ons appartementencomplex genoemd.
Nu was het zomaar ineens een jaar later…
Ik ben onze ontmoeting nooit vergeten, zei de vrouw. Ik heb daarna een rollator gekregen, weet u. Maar ik struikelde constant over de wielen, die steken zo akelig uit. Toen dacht ik ineens aan u. Ik ben naar het appartement gegaan waar ik meende dat u daar woonde en heb daar zomaar bij iemand aangebeld. Een hele aardige mevrouw deed de deur open en aan haar vroeg ik of zij wist wie u was. Zij heeft mij uw telefoonnummer gegeven, vindt u dat heel erg?
Ik moest glimlachen. Nee, ik vond het niet erg. Ik vond haar eigenlijk best dapper.
Ze wilde weten wat het merk van mijn rollator was en waar ze die kon kopen. Ik gaf haar wat informatie en wenste haar veel succes.
Een paar uur later vertelde een beneden-buurvrouw dat zij de deur had geopend, toen de vrouw had aangebeld. Ze vroeg of ik iemand kende met lang grijs haar en een mooie rollator. Kon niet missen natuurlijk…dat ben jij. We hebben nog bij je aangebeld, maar je was niet thuis. Vind je het erg dat ik jouw telefoonnummer heb gegeven? Het voelde wel vertrouwd, het was een hele aardige mevrouw, dus ja…. ze aarzelde. ‘t Is prima hoor! verzekerde ik haar.
Een paar dagen later werd ik weer gebeld door de mevrouw uit het park. Daaaag eh Bonnie zal ik dan maar zeggen hè. Je spreekt met Ellen. Nou, ik heb hem hoor! Enthousiast begon ze te vertellen over haar nieuwe aanschaf en hoe ze er al mee aan de wandel was gegaan. Ik ben er zó blij mee! En ook dat ik u dan toch gevonden heb en dat we elkaar ontmoet hebben. Vindt u het ook niet heel bijzonder, waar één ontmoeting toe kan leiden?
Ja, dat vond ik ook.
Ze klonk zo blij en opgetogen en ik werd blij door en voor haar 🙂 Ik wenste haar veel plezier, maar vooral veel gemak met haar nieuwe aanwinst. Dat gaat zeker lukken! En wie weet ontmoeten we elkaar nog wel weer eens in het park!
Ja, wie weet…
Ontmoeting… toepasselijker had ons schrijfthema niet kunnen zijn, ook al wist ik het op dat moment nog niet. Al mijmerend pak ik mijn schriftje er nog even bij. Wat had ik ook alweer allemaal geschreven? Bij het openslaan dwarrelt een los papier op de vloer. Ach ja, dat was het gedicht dat we kregen met een opdracht erbij.
Die opdracht laat ik nu even voor wat het is, maar het gedicht wil ik wel delen. Gewoon omdat het zo prachtig is.
Het is geschreven door Stef Bos en komt uit zijn bundel “Gebroken zinnen”
ONTMOETING
~Stef Bos
Je moet van twee kanten komen
om elkaar toevallig te ontmoeten
Je moet eigenlijk
toevallig onderweg zijn.
Je moet geen doel
voor ogen hebben.
En je moet laten gebeuren
waarvoor je bang bent.
Je moet niet alles willen verklaren.
Voor dat je het weet,
verklaar je elkaar nog de oorlog.
Je moet van twee kanten komen
om elkaar te ontmoeten.
Je moet elkaar durven zien in de ander.
Zonder in de ander te verdwijnen.
Het kan zomaar opeens voor je staan.
Het lijkt op iets om uit de weg te gaan.
Dat is het vreemde van geluk
je maakt het waar of
je maakt het stuk.
Het kan jou bedreigen
het kan jou behoeden,
Maar je moet van twee kanten komen
om elkaar te ontmoeten.
Ook al is die specifieke week al voorbij, toch wens ik je de komende week een bijzondere ontmoeting!
Wie weet….
Ontdek meer van bonblog
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.
Wat een mooie blog Bonnie en ja, de ander dirven ontmoeten, open durven staan geeft zulke bijzondere momente ❤️
heel byzonder Bo en ja wie weet wie we kunnen ontmoeten.
liefs, muis